Vandaag hebben we het erover hoe we bij een moeilijk gesprek vaak meteen het diepe in springen, gewoon van start gaan en hopen dat we uit zullen komen waar we willen zijn. Dat lijkt misschien een hele logische manier, want waar moet je anders beginnen?
Beginnen met de zogeheten “koetjes en kalfjes” kan heel aangenaam en nuttig zijn, maar bij een echt moeilijk gesprek kan het verwarrend, ongewenst en soms ronduit geforceerd overkomen. Maar ook wanneer je op een gepaste manier begint met wat koetjes en kalfjes moet je op een bepaald moment het echte onderwerp van gesprek aansnijden. En ook dan weten we vaak geen andere manier dan recht erop af, vol de inhoud in.
Ik zou ervoor willen pleiten dat we een moeilijk gesprek meer beginnen zoals je vroeger op straat of op het schoolplein een spel begon met elkaar. Namelijk: eerst even afstemmen wat we precies gaan doen. Maar al te vaak gaan we er vanuit dat het wel duidelijk is wat de bedoeling is van het aankomende gesprek, om er vervolgens halverwege of zelfs helemaal achteraf achter te komen dat iedereen er met volstrekt andere verwachtingen inging, een hele andere aanpak in gedachte had of zelfs over een hele andere inhoud wilden gaan praten.
Nee, dan een groep kinderen dat een voor zich sprekend spel als verstoppertje gaat spelen. Voor wie denkt dat zo’n spel gewoon direct van start gaat zal ik even kort omschrijven hoe dit er aan toe gaat. Er wordt vakkundig onderhandeld over wie als eerste moet tellen en zoeken, tot hoeveel er geteld moet worden en vaak ook hoe snel of vooral langzaam er geteld moet worden. Dan volgen al snel hele uitvoerige discussies over hoe ver weg je precies mag gaan om je te verstoppen. Waar de plek is om je “buut vrij te verklaren” en of alle reeds gevonden kinderen weer vrij zijn wanneer één iemand de buut weet te bereiken voor de zoeker er is. Dan volgen al snel de discussies en ruzies over wat er moet gebeuren als de zoeker kijkt tijdens het tellen, als het ene verstopte kind verraden wordt door een ander en … Nou ja… je begrijpt het zo onderhand wel. Een vanzelfsprekend potje verstoppertje is alles behalve vanzelfsprekend en zo zouden we moeilijke gesprekken ook moeten benaderen.
Ik stel niet voor dat we vooraf eindeloos gaan discussiëren over alle denkbare scenario’s, puntentelling en sancties bij valsspelen, maar ik denk wel dat het nuttig zou zijn om eerst kort door te nemen wat het precies is dat we gaan doen. Dat kan vrij kort en overzichtelijk. Zo helpt het om vooraf allebei kort te benoemen waar jullie het precies over willen hebben. Misschien zelfs te benoemen in welke volgorde de verschillende onderwerpen aan bod zullen komen of in ieder geval af te stemmen wie er zal beginnen met het geven van zijn of haar inbreng. Wanneer het echt een lastig gesprek is kan het ook heel behulpzaam zijn om uit te spreken wat iedereen hoopt dat het gesprek zal brengen. Waarom gaan we het hierover hebben, wat hoop je dat het teweeg zal brengen of wanneer zal het gesprek voor de verschillende partijen als een succes ervaren worden. In complexe gevallen is het heel verhelderend om te bespreken wie er meedoen aan het gesprek. Zo kun je voorkomen dat er gaandeweg allerlei mensen bij betrokken worden die aanvankelijk geen partij leken te zijn in het geheel of dat er halverwege besloten wordt dat er eigenlijk meer mensen aanwezig hadden moeten zijn om effectief te zijn.
Ten slotte zijn er altijd nog “specials” te verzinnen die het benoemen waard zijn aan het begin van het gesprek. Zo voorkom je dat er halverwege ineens een akelige aap uit een mouw verschijnt waar de ander bij verrassing grote aanstoot aan neemt. Wat als er bijvoorbeeld sprake is van tijdsdruk, als er heftige emoties meespelen die de kop op kunnen steken. OF wat als de inbreng van de ander slechts als vrijblijvend advies meegenomen zal worden of wanneer er bijvoorbeeld zwaarwegende redenen zijn waarom niet alle noodzakelijke informatie vrij gedeeld en kan worden besproken. Dan is het wel zo prettig als je dit soort dingen bij de start van het gesprek inbrengt en niet ergens halverwege, wanneer de ander zich er onaangenaam door verrast zal voelen.
Zo voelt het misschien een beetje alsof je al wel heel veel dingen moet doornemen voordat je aan het echte werk kunt beginnen. Bij echt moeilijke gesprekken is dat ook wel een beetje zo, maar een goed begin is het halve werk. Zelfs de kinderen op het schoolplein zullen dat beamen. Want als je eenmaal door de “spelregels” heen bent, is het daadwerkelijke spel, en dus ook het gesprek, een stuk succesvoller en zelfs leuker.